Corona tax incentive: Carry-back van verliezen

Home
 

De Corona-crisis heeft de regering ook aangezet om incentives op vlak van de inkomstenbelasting uit haar hoed te toveren. Zo is op 18 juni door de Kamer een nieuwe regeling inzake de ‘carry-back’ van verliezen goedgekeurd. De wet werd op 01/07 gepubliceerd in het Belgisch staatsblad.

Op 18 juni heeft de Kamer het ‘Wetsontwerp houdende fiscale bepalingen ter bevordering van de liquiditeit en solvabiliteit van ondernemingen in het kader van de bestrijding van de economische gevolgen van de COVID-19-pandemie’ goedgekeurd.

De nieuwe Wet biedt de mogelijkheid om de verliezen die zelfstandigen en vennootschappen t.g.v. de coronacrisis in 2020 zouden behalen, reeds in 2019 mee op te nemen ter vermindering van de belastbare basis (en dit zowel in de personen- als in de vennootschapsbelasting).

Vrijgestelde reserve of economische vrijstelling

De ‘carry-back’ houdt in dat een vennootschap  voor haar boekjaar (BJ) dat afsluit tussen 13.03.2019 en 31.12.2020, een tijdelijke vrijgestelde reserve kan aanleggen t.b.v. het verwachte verlies van het daaropvolgende BJ. Ook een natuurlijk persoon die belast wordt op de winst of baten zou het verlies van inkomstenjaar 2020 reeds kunnen voorzien in inkomstenjaar 2019. Deze tijdelijke reserve wordt dan in het volgende BJ teruggedraaid, zodat het verlies geen twee maal meegenomen wordt. In de personenbelasting (PB) wordt gesproken over een economische vrijstelling die ook wordt gecompenseerd in het werkelijke verliesjaar.

Het absolute maximum aan verlies dat kan teruggedraaid worden is € 20 Mio. Ook kan er geen fiscaal verlies gecreëerd worden in 2019, maar mag maximaal het resultaat van 2019 worden gecompenseerd met verliezen van 2020. Bovendien geldt de regel niet voor ondernemingen met linken in belastingparadijzen en voor vennootschappen die voldoende liquiditeiten lijken te hebben en dividenden uitkeren, kapitaalverminderingen of een inkoop eigen aandelen doorvoeren.

Sanctie indien verlies 2020 overschat

Uiteraard is het BJ 2020 nog niet afgesloten wanneer de aangifte over 2019 wordt ingediend en kan er slechts met assumpties gewerkt worden. Zo zal de aangifte VennB over 31.12.2019 en ook de aangifte PB via volmacht in september / oktober moeten ingediend worden. Best is om het verlies niet te overschatten. De ontwerpwetgeving voorziet immers in een sanctie indien er te veel verlies werd teruggedraaid, in de vorm van een bijkomende aanslag of belastingvermeerdering. Het tarief van deze bijkomende aanslag loopt op van 2% tot 40%, te berekenen aan de hand van een complexe formule. De formule leidt tot een hoger tarief in de mate dat het werkelijke resultaat in 2020 meer of minder afwijkt van het genomen verlies in 2019.

Bijkomende correctie wegens tariefverschil in de vennootschapsbelasting

In de VennB daalt het algemeen tarief vanaf AJ 2021 (BJ’n startend per 01.01.2020) van 29,58% naar 25% en voor KMO’s daalt het verlaagd tarief voor de eerste € 100.000 van 20,4% naar 20%. Het verlies van 2020 reeds in 2019 meenemen, brengt dan ook een bijkomend voordeel met zich mee t.b.v. dit tariefverschil. Het ontwerp voorziet daarom in een bijkomende correctie in 2020.

Conclusie

Meent u dat u in 2020 een verlies gaat leiden, neem dan zeker met ons contact op om te bekijken hoe dit optimaal kan meegenomen worden in de aangifte over 2019.